Een overwinning voor de democratie: met ruim 9000 ingezamelde handtekeningen hebben de vuilnismannen van Sint-Niklaas een referendum afgedwongen van het stadsbestuur dat zal plaatsvinden op 1 september. Aanleiding hiervoor is de wil van het N-VA-Groen-sp.a-bestuur, onder leiding van burgemeester Lieven Dehandschutter (N-VA), om de afvalophaling over te dragen aan de intercommunale MIWA, die op haar beurt beroep doet op privéfirma's om het werk te doen. Als volwaardige managers hebben de bestuursleden slechts één doel voor ogen: het besparen van middelen, tegen 2018 geraamd op 470 000 euro. Dienstverlening aan de inwoners en arbeidsvoorwaarden van de personeelsleden zijn van ondergeschikt belang. Volgens de burgervader zou de stad immers "binnen twee jaar met een put van 10 miljoen euro" komen te zitten indien het bestuur niet dringend bespaart. Critici kunnen zich terloops wel de vraag stellen hoe het komt dat de stad opeens zo dringend nood heeft aan extra middelen en bijna aan de financiële afgrond staat.1
Het stadsbestuur tracht zijn beslissing te verkopen met de stem van het gezond verstand: niet alleen gaat er geen enkele arbeidsplaats verloren aangezien de huidige personeelsleden probleemloos overgedragen worden naar de intercommunale, maar er wordt bovendien jaarlijks nog eens flink bespaard. Een win-win-situatie dus... Wat het wel vergeet mee te delen is dat het hier neerkomt op de privatisering van een openbare dienst (zelf heeft de burgemeester het liever over "reorganisatie") naar firma's waar totaal andere arbeidsvoorwaarden gelden dan in een openbaar bestuur. De mannen van de vuilkar mogen dan wel hun job behouden, bij de overdracht zouden ze terechtkomen in volledig andere arbeidsomstandigheden met een hogere werkdruk en zonder enige toekomstzekerheid.
Ook dient men niet uit het oog te verliezen dat privéfirma's op de letter opvolgen wat in het afgesloten contract staat, vaak met een veel beperktere dienstverlening als gevolg waarvan de inwoners dagelijks de gevolgen zullen ondervinden.
Het bestuur pareert de volksraadpleging door de hoge kostprijs ervan in te roepen, kostprijs waarvoor het zelf verantwoordelijk is aangezien de lokale vakbonden en personeelsleden nooit de kans hebben gekregen om over de maatregel te onderhandelen. Een volksraadpleging bleek nog het enige drukkingsmiddel te zijn voordat de privatisering van kracht zou worden. Een bijkomende kostprijs voor het stadsbestuur, maar niet voor de democratie. Daarom durven wij alle inwoners oproepen om JA te stemmen voor de mannen van de vuilkar. JA voor directe democratie en inspraak van de inwoners. JA voor een kwaliteitsvolle openbare dienst, waarin de rechten van de werkenden gewaarborgd blijven en dat de inwoners van de stad de dienstverlening geeft waar ze recht op hebben en waarvoor ze belastingen betalen. En JA voor een krachtig signaal aan de andere gemeentebesturen in Vlaanderen, waar privatiseringen ook alsmaar meer op de dagorde staan, dat zij rekening moeten houden met de rechten van hun personeelsleden en dat een correcte dienstverlening aan hun inwoners moet primeren op besparingsdrang!
1. Zeker als men ermee rekening houdt dat de stadskas een decennium geleden een fiscaal voordeel van pakweg zes miljoen euro heeft ontvangen door het rioleringsstelsel voor 99 jaar in concessie te geven aan een Amerikaanse investeerder met behulp van een knap staaltje 'officiële' belastingontwijking, beter bekend onder de naam 'cross-border leasing'. (Bron: De Standaard, 28/02/2004 )