Op zaterdag 26 januari neemt in Sint-Niklaas een lezing plaats georganiseerd door Masereelfonds en Davidsfonds, met spreker Joost Vandommele (onder meer bestuurslid bij Priester Daensfonds vzw). De titel luidt “Daens of Dalrymple? Over de moeilijke verhouding tussen de Sociale beweging en de Vlaamse beweging”. Voor verdere gegevens: zie de kalender achteraan deze nieuwsbrief. De trefdag van SFL in 2011 ging over het sociaal beleid dat de sociaal-flaminganten wensen in een onafhankelijk Vlaanderen. In het kader van die trefdag verscheen reeds een tekst van Miel Dullaert, die we hier opnemen.

 

Vlaamse sociale zekerheid: Daens of Dalrymple?

 

Het ontstaan en de ontwikkeling van de sociale zekerheid in Vlaanderen is ingebed geweest in de Belgische staat. En dit ondanks die Belgische staat. Immers, België was in de 19e -20e eeuw een,wat we vandaag, een kapitalistisch “groeiland” noemen met de sociale tegenstellingen op scherp. Het jonge België was een ultraliberaal land.

Het ontstaan van de sociale zekerheid in het jonge België is de strijd geweest van de georganiseerde arbeidersbeweging. De linkse, sociaal flaminganten vormden een stevige component van de arbeidersbeweging. Het waren toen grote personaliteiten in diverse bewegingen die én sociale strijd én Vlaamse strijd als één emancipatiestrijd beschouwden (E. Moyson, J. Kats, priester A. Daens en zijn broer uitgever Pieter, de socialist C. Huysmans, priester J. Cardijn, de ACW-er H. Heyman, de communist J. Van Extergem,…)

 

Vanaf de jaren 1980 van de vorig eeuw veranderden de parameters van het sociaal-economische beleid en de rol van de nationale staten onder de druk van de deregulering en de mondialisering van de kapitaalmarkten beslist door de nationale politieke elites o.l.v. de VSA (cfr. de analyses van de linkse flamingant Antoon Roosens (1929-2003) in de jaren negentig). Daarmee wijzigde de context die vandaag meer en meer bedreigend is voor het sociaal zekerheidssysteem zoals dat sinds meer dan 100 jaar is afgedwongen en uitgebouwd door de arbeidersbeweging. Vooral de Europese Unie (EU) waarvan het beleid bepaald wordt door de traditionele politieke machtsgroepen en de grote financiële- en industriële lobbygroepen hebben als prioriteit het ontmantelen van de sociale zekerheid in naam van de competitiviteit, flexibiliteit en de maximalisatie van de private winsten. Officieel zijn de stelsels van sociale zekerheid volgens de doctrine van de EU nationaal en beperkt de EU zich tot regels van coördinatie. Maar in de praktijk worden frontale aanvallen

 

georganiseerd op de nationale zekerheidsstelsels. We verwijzen naar een eerste aanval op de sociale zekerheid door de toenmalige Europese commissaris Frits Bolkestein in 2005 om een zogenaamde “Dienstenrichtlijn” in te voeren. Er kwam een breed sociaal verzet en op 16 februari 2006 werd een geamendeerde richtlijn goedgekeurd in het Europees Parlement.

Hetzelfde met het immigratiebeleid van de EU gesteund op de fundamentalistische interpretatie van het principe “vrij verkeer van personen (diensten en goederen)”die het sociaal beleid en de sociale zekerheid onder grote druk zet. Mensenhandelaren, koppelbazen, gangsters krijgen vrij spel. Hieraan gekoppeld stellen we delocalisaties vast van Vlaamse bedrijven naar lage loonlanden in de EU.

Als sociaal flaminganten pleiten we voor een gul opvangbeleid voor slachtoffers van dictaturen, en oorlogsgeweld. Daarenboven is de Vlaamse natie sterk genoeg om een bepaald percentage van de bevolking, zegge ca 10 à 15% van de bevolking als immigranten te integreren zonder het sociale zekerheidssysteem te ondermijnen. Maar vandaag ondermijnt de wilde immigratie de budgetten van OCMW’s en de sociale zekerheid. Crimineel georganiseerde sociale fraude, dreigt een belangrijke factor te worden die ons jarenlang door strijd en wetgeving opgebouwd sociaal systeem dreigt te vernietigen. Recent startte in Gent een proces tegen individuen uit het Bulgaars- Turkse criminele milieu en tientallen immigranten die met vervalste sociale documenten de werkloosheidskas, de ziekteverzekering en kredietinstellingen ermee oplichtten.

 

Als voorlopig dieptepunt stemde het Europees Parlement (liberalen, conservatieven en christen-democraten) op 28 september jl. een reeks wetten (het “sixpack”) die erop neerkomen dat de Europese Commissie het financieel toezicht krijgt op de nationale begrotingen met eraan verbonden financiële sancties.. Vanuit neoliberale dogma’s (EU-Commissievoorzitter M. Barosso zegde vorig jaar nog: “er zijn geen problemen met de sociale welvaartsstaat, de welvaartsstaat zelf is het probleem”) organiseren de nationale politieke klassen en de plutocratische elites, via de omweg van de EU, de afbraak van de soevereiniteit van de lidstaten om zelfstandig een sociaal beleid te voeren. Meer dan ooit wordt de strijd voor sociale zekerheid een strijd tegen de EU- dictaten en een strijd voor nationale soevereiniteit.

De Belgische politieke klasse is een aanhangsel geworden van het neoliberale EU- beleid. Middens die we moeilijk kunnen verdenken van een flamingantische reflex hebben het Belgische sociaal zekerheidssysteem geanalyseerd en komen tot de onthutsende vaststelling dat dit systeem sterk is uitgehold. Het hoofd van de ABVV- studiedienst Jef Maes in zijn boek “Uw sociale zekerheid in gevaar” (2010) zegt ergens “door allerlei maatregelen (sinds de jaren tachtig) evolueerde de sociale zekerheid langzaam maar zeker naar een systeem van basisuitkeringen.”

Sociaal- flaminganten beschouwen Vlaanderen door zijn geschiedenis, taal, territorium, bevolking als één natie met een eigen politieke cultuur en democratie en specifieke vorm van klassentegenstellingen. Economisch is Vlaanderen vooral een diensteneconomie. Ze heeft het economisch belang van de landbouwsector en de industrie ver teruggedrongen. Volgens cijfers van de Vlaamse overheid is het aandeel van de diensten in de toegevoegde waarde tussen 1980 en 2008 van de diensten gestegen van 56% naar 76%, het aandeel van de landbouw gezakt van 3% naar 1% en van de industrie van 41% naar 28%. Vooral het aandeel van de privé marktdiensten (zelfstandige beroepen, reclame, entertainment, cultuur, studie –en ontwerpbureaus) en de openbare of semi-publieke diensten van onderwijs, gezondheidszorg en de sociale dienstverlening, openbaar vervoer, postbedeling,… zijn spectaculair gestegen. De gezondheids- en verzorgingssector is een “booming” sector.

 

Het sociale zekerheidsnetwerk in Vlaanderen is niet alleen een reeks uitkeringskassen. Maar deze sector is ook een productieve economische sector met tienduizenden arbeidsplaatsen. De verloning en arbeidsvoowaarden zijn bepalend voor het personeel maar ook voor het welzijn van patiënten, ouderen, gehandicapten Reken daarbij de grote toegevoegde waarde van toeleveringsbedrijven van bijv. de hoog technologische medische industrie, farmaceutische nijverheid, catering, de bouwsector,…

Gezien de gewijzigde context,(zie boven), gezien het democratisch basisrecht van elke natie om zijn eigen basisfuncties te organiseren, plus nog steeds het overwicht van de francofonen op de Belgische staatsmachine (Elio Di Rupo: “La Belgique nous appartient” zie ook de analyse van het recente ‘communautair akkoord’ door de Gravensteengroep) en gezien de economische welvaart van Vlaanderen, wordt het tijd om een Vlaamse sociale zekerheid uit te bouwen.

Heel wat linkse vrienden in Vlaanderen staan huiverig bij de gedachte van een zelfstandige Vlaamse sociale zekerheid gezien het rechtse overwicht. Sociaal flaminganten kunnen daarvoor begrip opbrengen. Maar, de status quo behouden met een Belgische sociale zekerheid in verval (zie boven) is conservatief vooral als een bepaalde nomenclatura daarmee verworven posities in het Belgisch staatsbestel wil behouden. Wat betreft de fameuze transfers naar Wallonië kan hier moeilijk sprake zijn van solidariteit gezien deze niet vrijwillig gebeuren, maar opgelegd worden door een Belgische regering van ontvangers die mede beslissen hoeveel de sponsors moeten betalen. Vervolgens heeft men geen zicht op deze transfers. Komen deze transfers naar Brussel en Wallonië ten goede aan de mensen of aan een sterk gepolitiseerd gezondheidsapparaat?

 

Vooral, die transfers kunnen niet bestemd worden voor de sociale noden in Vlaanderen. Elke dag lezen we dat er te weinig vacatures worden ingevuld in de sociale zekerheidssector bij gebrek aan geld en goed betaald personeel (gevolg:

 

import uit landen die zelf hun geschoold personeel nog meer dan wij nodig hebben), kennen we al jaren wachtlijsten en zien we al jaren acties van de “witte woede” omdat de verloning en werkomstandigheden ondermaats zijn. Tegelijk kennen we een sluipende privatisering van de sector. Daarenboven houden de ontvangers van de transfers niet op de ambitie te koesteren om Vlaams grondgebied in te pikken via de zogenaamde persoongebonden rechten (Vlaams Brabant, metropolitaan Brussel,…). Het zou nog conservatiever zijn indien men een Vlaamse sociale zekerheid afwijst op grond van de ontkenning van het bestaan én de legitimiteit van de Vlaamse natie en dus van het recht zijn eigen basisfuncties democratisch te organiseren waaronder een sociaal zekerheidssysteem.

Er zijn niet alleen de Belgische problemen, maar ook in de Vlaamse beweging bestaan serieuze hindernissen om een volwaardige Vlaamse sociale zekerheid uit te bouwen. Sommige sectoren in de Vlaamse beweging geven de indruk de strijd voor Vlaamse zelfstandigheid te gebruiken om in Vlaanderen een neoliberaal paradijsje op een sociaal kerkhof te vestigen. En om ons van de ene afhankelijkheid (België) in een andere te loodsen (EU).

 

De sociale zekerheidsgedachte is al sinds haar ontstaan voorwerp van controverse. In de 19e eeuw was er de confrontatie tussen het liberale vrije marktdenken, de liefdadigheid en de diegenen die vanuit de traditie van het christelijke en socialistische humanisme de principes van de sociale zekerheid verdedigden. Met de huidige crisis staan de discussies weer op scherp. Ook in de Vlaamse beweging.

In de N-VA komen de tegenstellingen tot uiting tussen enerzijds een voorzitter Bart De Wever van de N-VA die Dr. Theodore Dalrymple, alias voor de Britse psychiater Anthony Daniels gevonden heeft over het Kanaal. Hij is een bewonderaar van Margaret Thatcher en met een ultra-conservatieve kijk op de sociale zekerheid die veeleer lijkt op sociale bijstand.. Zijn referentiekader is ook niet mis: hij behandelde geesteszieken en criminelen in gevangenissen. Jef Turf reageerde in een commentaar in het maandblad Meervoud (juni 2011) op het duo De Wever- Dalrymple: “Ik kan niet oordelen over de maatschappelijke inbreng van Britse misdadigers en geesteszieken maar het schijnt me gewaagd dit als basis te nemen voor de Vlaamse gemeenschap. De geschiedenis van de klassenstrijd in Vlaanderen bestaat precies uit pogingen van de werkende bevolking om verantwoordelijk te zijn in stakingen, bedrijfsbezettingen, politieke strijd voor democratie. Om zoveel mogelijk te verhinderen dat de werkers slachtoffer worden van de patronale en conservatieve willekeur…De fout die Dr. Dalrymple maakt is dat hij het kind met het badwater wil weggooien. Hij verwart de zaak (afgedwongen sociale zekerheid) met het misbruik ervan. Zijn conclusies zijn gefundness fressen voor het multinationaal kapitaal…”

Sommigen van de Belgicistische linkerzijde citeren maar al te graag het conservatieve duo De Wever-Dalrymple. Maar ze vergeten dat er in de Vlaamse beweging naast linkse flaminganten er ook in de N-VA in het bijzonder mensen rondlopen die een andere kijk op de sociale zekerheid hebben. We denken aan Prof. Danny Pieters (KUL, ex-Senaatsvoorzitter, voorzitter van de VDAB) die in zijn boek “Onze sociale zekerheid, anders en beter” een andere benadering heeft dan zijn voorzitter en die in een belangrijk deel van zijn voorstellen aansluit op de bekommernissen van de sociaal flaminganten. Danny Pieters:“De sociale zekerheid moet en kan zorgen voor een gezonde samenleving waar eenieder niet alleen gedreven wordt door de eigen zelfontplooiing, maar ook ruimte wil scheppen voor de andere…De geschiedenis leert ons, dat de sociale zekerheid afwijzen betekent: slavernij ten dienste van de herenklasse, ontmenselijking van de betrokkenen en uiteindelijk desintegratie van de samenleving. Dit pad wijzen we af…Het louter beoordelen van sociale zekerheidsvraagstukken vanuit het perspectief van het individu, is een weg die leidt tot de uitholling van de sociale zekerheid…”

Voor sociaal flaminganten heeft Vlaanderen het potentieel om een eigen Vlaamse sociale zekerheid te ontwikkelen dat een nieuw begin kan betekenen. De economische basis is er, er is een sterk en kritisch sociaal middenveld, Vlaanderen vertrekt niet van nul, het beschikt nog altijd over een stevig netwerk van de sociale zekerheid en sociaal beleid (ondanks de grote uitholling door de traditionele Belgische staatspartijen), het staatsvormend bewustzijn in Vlaanderen groeit, en deze natie beschikt terzake over een kapitaal aan kennis aan de universiteiten en in de sociale organisaties.

Miel Dullaert

 

Voorzitter van vzw Meervoud