Bart De Wever brak recent een lans voor het verhogen van de pensioenleeftijd. Als we langer leven moeten we langer werken, zo redeneert hij. Zijn voorstel lokte nogal wat verontwaardigde reacties uit. Sommige daarvan oprecht, andere wel wat minder. Wij zijn eerlijk gezegd niet verbaasd: de N-VA heeft immers lang geleden het Vlaamse soevereinisme al ingeruild voor een zeer donkerblauw hard liberalisme waar Margaret Thatcher bewondering voor zou hebben. Graag willen we wel wijzen op een aantal problemen met zijn stelling dat langer leven automatisch langer werken zou veronderstellen.

 

Voor een weinig geïnformeerd mens zou die stelling best logisch kunnen klinken. Als we langer leven maar de pensioenleeftijd niet omhooggaat en er tegelijkertijd minder kinderen dan vroeger worden geboren, dan zullen er relatief gezien meer gepensioneerde mensen zijn, wat natuurlijk een extra kost voor de samenleving is. Tenminste, als men uitgaat van het gegeven dat de te verdelen welvaart niet op zijn minst evenveel stijgt. En die premisse is niet alleen vals, maar spreekt ook zijn eigen liberale ideologie tegen. Was immers niet de belofte van het ongeremde kapitalisme dat dit voor meer welvaart en vooruitgang zou zorgen? Werd het kapitalisme niet geprezen als ultieme bron van welvaart? De beste garantie op toenemende productiviteit? En is het dan niet logisch te concluderen dat we juist alsmaar minder zouden moeten werken om dezelfde welvaart te produceren?

Inderdaad, globaal genomen maakt het kapitalisme, in zijn huidige neoliberale vorm, die beloftes waar: de productiviteit is in de decennia sinds de Tweede Wereldoorlog spectaculair gestegen. Het stroomlijnen van productieprocessen en transportmethoden door middel van de globalisering van de "vrije markt" heeft voor een zodanige groei in welvaart gezorgd dat de afvalbergen spectaculair groeien omdat veel van wat geproduceerd wordt simpelweg niet meer geconsumeerd geraakt. Dit terwijl er overigens nog steeds heel wat armoede in de wereld is. Men kan zich de vraag stellen of die spectaculaire groei van productiviteit die er is geweest ecologisch wel houdbaar is – we weten ondertussen dat dat niet het geval is, maar voor de neoliberale elites is dat sowieso geen prioriteit. In termen van productie is het ontegensprekelijk een feit dat de welvaart zo spectaculair gestegen is dat die de meerkost van extra gepensioneerden eigenlijk ver overtreft. Het is ook de logica zelve: als de productiviteit stijgt moeten we minder hard of lang werken om dezelfde welvaart te produceren, dus eigenlijk kunnen we voortdurend de pensioenleeftijd naar beneden halen, of de werkweek inkorten, zonder verlies van welvaart.

Neen, het probleem is dus niet dat we langer leven. De pensioenen zijn eigenlijk perfect betaalbaar. De pensioenen zouden zelfs kunnen stijgen. De vraag die we moeten stellen is waar de opbrengst van die voortdurende stijging van productiviteit eigenlijk naartoe gaat. En welke conclusies we moeten trekken over de te volgen weg. Zou De Wever dààrover durven spreken? Laten we beginnen met een kleine tip: vorig jaar kwam aan het licht dat de 100 rijkste burgers van de Belgische staat 48 miljard in Luxemburg hebben geparkeerd bij zogenaamde postbusvennootschappen. Een fractie hiervan zou al een aantal putten in de sociale zekerheid en de pensioenkassen vullen. En deze 48 miljard zijn zelf slechts een fractie van wat er door de elite naar belastingparadijzen wordt versluisd. Het zou op zich maar een kleine maatregel zijn, die niet eens als intrinsiek socialistisch beschouwd moet worden. Een maatregel die op zich geen revolutie zou vergen. Maar het neoliberalisme is al zo diep ingenesteld in de Europese politiek dat zelfs de aanpak van deze belastingontduiking als revolutionair zou gelden.

De Wevers stelling dat we langer moeten werken omdat we langer leven is eigenlijk een zeer gevaarlijke, als men stil staat bij de ontwikkelingen die voor de deur staan. We staan aan de vooravond van een grote golf van automatiseringen door artificiële intelligentie, waarbij zeer veel mensen hun job zullen kwijtraken omdat computers dat werk veel efficiënter en sneller zullen kunnen doen. We zijn zeer benieuwd naar waar De Wever en zijn neoliberale vrienden precies de jobs vandaan zullen toveren om al die mensen die voortaan tot hun zeventigste moeten werken aan de slag te houden. Welke jobs gaan we doen, tot aan ons verlaat pensioen? De kans is groot dat wie vandaag als jongeling aan een eerste job begint in de komende decennia een totale herscholing zal moeten ondergaan om nog aan de bak te raken in een compleet veranderde arbeidsmarkt. We zijn zeer benieuwd naar de plannen van De Wever om die massale én continue herscholing te faciliteren. 

Wanneer De Wever dus meent dat we langer moeten werken omdat we langer leven, moeten we de vraag stellen voor wie we dan eigenlijk werken. Duidelijk niet voor onszelf, aangezien we de vruchten van ons werk, dat steeds productiever wordt, niet zelf behouden. Over deze transfers horen we De Wever niet spreken. Het is nochtans dààr dat de oplossing voor het zogenaamde probleem van de pensioenen ligt.