Op het eind van de betoging van het gemeenschappelijk vakbondsfront tegen de regering-Michel (24 mei) braken rellen uit tussen betogers en ordediensten. Het Brusselse politiekorps, met hoofdcommissaris Pierre Vandersmissen op kop, staat erom gekend zich niet in te houden als een tegenbetoging de kop moet worden ingedrukt (het escorteren van belgicistisch neofascistisch gespuis - zie de hooligansgeschiedenis van 27 maart ll. - gaat dan weer wel, maar dit geheel terzijde), en dit was deze keer niet anders. In het heetst van de strijd bracht ABVV-vakbondsafgevaardigde Tanguy Fourez commissaris Vandersmissen een zware vuistslag toe, waarna deze laatste met een zware hoofdwonde afgevoerd moest worden naar het ziekenhuis.
Het spreekt vanzelf dat het gebruik van dergelijk geweld niet goedgekeurd kan worden en het siert de (inmiddels ex-)afgevaardigde dat hij nadien zijn verontschuldigingen aangeboden heeft, die de commissaris ook aanvaard heeft, en dat hij opriep geen spontane steunacties te wensen om het gerechtelijk onderzoek in alle rust te laten verlopen.
Te midden het antivakbondsdiscours dat na deze aanval door rechts gevoerd werd, dient opgemerkt te worden dat verschillende getuigen op dergelijke acties steevast het parallelle politiegeweld aanklagen, getuigenissen die nooit in de reguliere media aan bod komen en die door de bevoegde overheden met de mantel der liefde bedekt worden. Het gebruik van geweld blijkt onontbeerlijk en volledig gelegitimeerd te zijn voor het neerslaan van een samenkomst van burgers die hun democratische rechten laten gelden. Commissaris Vandersmissen vormt daar geen uitzondering op. Moedig geflankeerd door agenten in volledige uitrusting neemt hij een agressieve en uitlokkende houding aan om met burgers te vuist te gaan, mede door het probleemloze gebruik van pepperspray. Ook die dag leren foto’s en getuigenissen ons dat de commissaris ervoor koos om bij voorkeur vreedzame betogers te chargeren in plaats van enkele relschoppers, duidelijk poserend voor de camera’s en stenen gooiend naar de ordediensten, die zonder problemen hun gang konden blijven gaan. Volgens een fotograaf ter plaatse1 werden vakbondsleden die de commissaris ter hulp snelden nadien zelf door zijn escorte zwaar onder handen genomen.(*) Een houding die zeer verschillend is met zijn (non-)reacties bij extreemrechtse manifestaties. De beelden die toen gefilmd werden maken duidelijk dat de reactie van Fourez in een opwelling gebeurden toen hij zag dat de commissaris de betogers die niets met het geweld te maken hadden aanviel, maar dit neemt niet weg dat een dergelijke aanval verwerpelijk is en ten stelligste afgekeurd moet worden. Al is het maar om aan te tonen dat betogers, in tegenstelling tot ordediensten en mediageile would-be-anarchisten (die de naam anarchist niet waardig zijn), geen geweld gebruiken. Het valt dan ook te betreuren dat het politiegeweld, dat parallel met dit spijtige voorval gehanteerd werd, opnieuw aan alle media-aandacht is ontsnapt. Zij die ter plaatse waren, waaronder de V-SB, zagen het anders.