Tien jaar na de Gouden Palm voor zijn drama over de Ierse onafhankelijkheidsstrijd “The Wind That Shakes the Barley” ging de Engelse linkse, sociaal geëngageerde filmmaker Kenneth (Ken) Loach (77) in Canas (Cannes) weer met de Gouden Palm naar huis. Ditmaal voor zijn recentste film “I, Daniel Blake”. De film gaat over een man die tegen de zestig jaar is en er na een zware hartaanval niet in slaagt om zijn uitkering van het ziekenfonds verlengd te zien, terwijl de dokter hem werkonbekwaam verklaart. Een zoveelste kritiek op een catastrofale neoliberale beleid, een kritiek die in de film met veel warmte, empathie en humor gebracht wordt.
Toen hij de Gouden Palm in ontvangst nam stelde hij in zijn dankwoord “dat de wereld zich op een gevaarlijk keerpunt bevindt. We zitten in een project van bezuinigingen, gedreven door neoliberale ideologie die ons naar een catastrofe leidt. Miljoenen mensen lijden, van Griekenland tot Portugal, en slechts een kleine minderheid verdient daar op een schandalige manier aan”. In interviews sprak hij ook over het komende referendum of zijn land al dan niet zal uittreden uit de Europese Unie (EU). Zoals voor velen ter linker- en ter rechterzijde snijdt dit thema dwars doorheen de traditionele politieke scheidingslijnen. “Als we de EU verlaten zal de Britse conservatieve regering verder dereguleren, de sociale bescherming verder ontmantelen en het milieu nog sneller vernielen. We zullen geconfronteerd worden met een extreemrechtse regering”, zegt hij. Tegelijk is volgens Ken Loach de EU een neoliberaal project dat tevens dereguleringen en privatiseringen oplegt en de sociale bescherming van werknemers voortdurend in vraag stelt. Voor Ken Loach is dè vraag: “Hoe kunnen we daarbij het beste tegen vechten? Door in de EU te blijven? Of door erbuiten te gaan staan? Het is een tactische keuze”. Dat laatste betwijfelen we. Immers, hier komt ook de soevereiniteitsvraag kijken. In de EU blijven betekent dat de sociale strijd geconfronteerd wordt met een dubbel glazen plafond: de nationale staat en de EU een superstaat in wording. Het zijn twee hefbomen van de elites die het volk onder de duim willen houden. Als je dat ene niveau afschaft dan zijn we er nog niet, maar dan is al een flinke stap gezet naar het verminderen van de speelruimte van de nationale elites. Naar onze mening blijft de soevereine staat dè arena om de reactionaire krachten te bestrijden al was het maar omdat ze zich niet kunnen verstoppen achter “Brussel” om onpopulaire, regressieve maatregelen nationaal door te drukken. Trouwens, uit de EU betekent niet terugplooien, los van de sociale strijd, en zonder solidariteit met de rest van Europa. De tweede Gouden Palm van Ken Loach, met een harde politieke kritiek op het neoliberalisme, gebeurt op een moment dat in de Anglo-Amerikaanse wereld één en ander in beweging lijkt te komen tegen de catastrofale uitkomst van het wildwest-kapitalisme. Wie had ooit gedacht dat in deze fundamentalistische kapitalistische landen een Bernie Sanders zou opstaan? Een Amerikaans onafhankelijk senator die zich socialist noemt, een politieke revolutie predikt in de VSA en vnl. jonge mensen kan begeesteren? En de nieuwe linkse Labour-voorzitter Jeremy Corbyn die de geparfumeerde Blair-boys versloeg, met de steun van een basisbeweging met duizenden Britse jongeren?
Ken Loach heeft al een lange loopbaan van radicaal-linkse films achter de rug. Voor hem is neoliberalisme als systeem niet alleen een economische-politieke doctrine. Zijn macht en invloed wortelt ook en misschien vooral in een beschavingsmodel - van waarden, normen, attitudes en levensstijl - dat ook met culturele middelen moet bestreden worden, waaronder het filmmedium. Zijn sociale (socialistische) films proberen tegengas te geven. Sommige films werden door de opdrachtgever brutaal achtergehouden en niet uitgezonden (Channel 4, een documentaire over de Britse mijnwerkersstaking in 1984-1985 onder premier Margaret Thatcher). In de jaren negentig van vorige eeuw maakte hij populaire linkse films zoals Land and Freedom over de Spaanse burgeroorlog, Bread and Roses over een staking van schoonmaakpersoneel-gastarbeiders in de VSA, over de privatisering van de Britse spoorwegen: The Navigators.
Met de tweede Gouden Palm van Ken Loach vervoegt hij het selecte clubje van filmmakers die de prestigieuze filmprijs twee keer binnen haalden. We denken onder meer aan de eveneens sociaal geëngageerde Luikse filmmakers, de gebroeders Luc en Jean-Pierre Dardenne (met Rosette in 1999 en L’Enfant in 2005). Verder won de Oostenrijker Michael Haneke goud in 2009 en 2012 met resp. de films “Das Weise Hand” en “Amour”.