We herinneren ons nog goed hoe de paarse premier Guy Verhofstadt zowat tien jaar geleden de ambitie uitsprak om van België een modelstaat te maken. Het zijn typisch uitspraken voor een politieke oplichter die in zijn Burgermanifesten (begin jaren negentig) bijna een flamingant scheen, en met het grootste gemak vijftien jaar later een kruistocht maakt tegen het nationalisme. (Men herinnere ’s mans bijdrage in DS, een paar jaar geleden: “Het nationalisme leidt naar de Holocaust”).

 

Onder Verhofstadt, in samenwerking met zijn sociaal-democratische coalitiegenoten, werden wettelijke regelingen bedongen of behouden die de belastingen van de grote bedrijven, althans voor sommige, nagenoeg tot nul herleiden. We denken aan de notionele interestaftrek die in 2005 onder Paars II werd beslist en waarmee Verhofstadt ging venten in de wereld van het grote geld.. Het komt erop neer dat vennootschappen niet alleen de interest van vreemd kapitaal van hun belastbare winst kunnen aftrekken, maar ook de eigen kapitaalsinbreng van een interest mogen voorzien en indienen bij hun belastingsaangifte. De fiscale kosten of minderopbrengsten worden geschat op zowat 5,6 miljard euro. Dat is tien keer meer dan door de wonderboy van Financien, minister Reynders, werd geraamd. Diegenen die voor de rekening opdraaien zijn naast de staatskas en de kmo’s. De investeringen en werkgelegenheid, het officiele doel van deze maatregel, zijn nauwelijks vooruit geholpen. Door een combinatie van aftrekposten, vrijstelling van verkregen dividenden en meerwaarden, is de effectieve vennootschapsbelasting gedaald tot minder dan 12% tegenover een officieel tarief van 33,99%. In schril contrast met de arbeiders, bedienden, ambtenaren,... die zowat met een tarief van 40-50% geconfronteerd worden.

 

Het zijn dus vooral de multinationals die van de honingpot likken die door de politieke klasse werd klaargezet. De secretaresse van de baas betaalt soms meer belastingen dan de multinational waarin ze werkt. In feite dragen de multinationals nog maar weinig bij tot de ontwikkeling van Vlaanderen. Ze betalen nauwelijks belastingen. Ze krijgen alle speelruimte van de politieke klasse om belastingen te ontwijken en te ontduiken Het gaat meestal om industriele bedrijven waar de jobs continu geschrapt worden door concurrentie, delocalisatie (die ze vaak zelf organiseren vanuit lageloonlanden) of door productiviteitsstijgingen. Terwijl in Vlaanderen 85% van de mensen in de dienstensector werkt (overheid, parastatalen, vzw’s in de non profitsector, commerciëlediensten, zelfstandige beroepen,...).

 

De wereldbedrijven die hier hun anker gegooid hebben de deur wijzen is te simpel. Historische voorbeelden leren dat je er vaak een bloedige staatsgreep voor terugkrijgt. Alhoewel... Vandaag zijn er progressief-soevereinistische regimes in Latijns-Amerika die de schroef hebben aangedraaid voor de op hun territorium opererende multinationals. Hun steun bij de bevolking is zo groot dat een staatsgreep met buitenlandse hulp van de VS onmogelijk is geworden. Een positieve evolutie.

 

In Vlaanderen zouden we kunnen beginnen (Vlaamse beweging en arbeidersbeweging samen) met luid en duidelijk te zeggen dat de notionele interest van Paars een schande is en te eisen dat hij geschrapt wordt, en voorstellen te doen om rechtvaardiger belastingen te innen die de Vlaamse kmo’s en de ‘hardwerkende Vlamingen’, gepensioneerden en zieken spaart en multinationals effectief 33% laat betalen op de winsten die door de inzet en bekwaamheid van de Vlaamse werknemers gerealiseerd worden maar afgeroomd worden voor speculatie en belastingsparadijzen,...